Nog 126 dagen / 18 weken

Politici houden zich graag bezig met zitplaatsen. Er wordt veel gesproken over zetels, pluche, stoelen en banken. De macht ligt bij de partijen met de meeste zetels in parlement of raad. Regelmatig wordt verknochtheid aan het pluche geconstateerd bij hardhoorse bestuurders. Vaak overigen door mensen die er zelf niet op zitten. Over banken wordt de laatste tijd graag gepraat.

Vandaag concentreer ik mij even op de stoel.

Het valt mij op dat verschillende raadsleden de laatste tijd op de stoel van het college willen gaan zitten. Dat schijnt een begeerlijke plek te zijn. Hiermee bedoel ik niet dat er een rare stoelendans aan de gang is in de raad – die staat immers pas over 126 dagen gepland. Hiermee wil ik zeggen dat raadsleden de taken van de collegeleden en de raadsleden verwarren en zich veel te veel bezig gaan houden met de taken die de wet of wijzelf hebben uitbesteed. Het raad stelt beleid vast, het college voert het uit. Het raad bepaalt de hoofdlijnen en werkt kaderstellend, het college werkt de bijzaken uit en regelt de details. Dat is niet zomaar: het college heeft een apparaat van 200 man achter zich staan om alle details uit te voeren en te regelen. Daar moet je je als goedwillende amateurs en parttimers niet mee bezig willen houden.

Het beperken tot de hoofdlijnen blijft voor raadsleden lastig. Dat bleek maandag ook weer in het debat over de langdurigheidstoeslag. Dat bleek enige tijd geleden uit het instellen van de commissie duurzame energie, wat naar mijn idee vooral een platform is voor enkele raadsleden om veel specifieke voorstellen te doen en uit te werken. Dat blijkt uit talloze vragen die de laatste jaren gesteld zijn in en buiten de raad.

Verschillende politieke partijen hebben een ombudsteam. Ik weet nog niet helemaal wat ik daar nu van moet denken. Als raadslid ben je volksvertegenwoordiger. Dat betekent dat je namens burgers en in het belang van alle inwoners opereert. Het gevaar van een ombudsfunctie – die per definitie onafhankelijk zou moeten zijn volgens mij – is dat je een klachtenlijn wordt. De organisatie van de gemeente is naar mijn mening, in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor het bemerken en afhandelen van klachten. Er is ook een klachtenlijn voor klachten over alles wat de gemeente aangaat. Die is 24 uur per dag bereikbaar via telefoonnummer 0900 - 631 40 50. Uiteraard ben ik altijd bereid klachten door te geven aan de gemeente, als die bij mij binnen komen. Zo kreeg ik gisteren een telefoontje over een specifieke verkeerssituatie. Dat heb ik meteen maar even doorgemaild aan de wethouder. Die is namelijk verantwoordelijk voor de uitvoering. Aan mij als raadslid de taak om er bij het college op aan te dringen die klachtenlijn voldoende onder de aandacht te houden, want blijkbaar is die niet goed genoeg bekend.

Het instellen van een politiek ombudsteam is eigenlijk aangeven dat je meent dat de gemeente haar klachtafhandeling niet goed geregeld heeft en het dus zelf maar gaan doen... Oftewel gaan zitten op de stoel van het college.

ChristenUnie: Niet op de stoel van het college gaan zitten