De wethouder heeft 6 gemeenten bereid gevonden mee te werken aan dit intiatief.
(Aa en Hunze, Borger-Odoorn, Pekela’s, Reiderland, Stadskanaal, Veendam en Winschoten)

 

De arbeidsmarkt waar vele partijen actief zijn, stopt niet bij de gemeentegrens, maar bestrijkt een bredere regio. Samenwerken is daarom belangrijk. Dankzij de samenwerking tussen gemeenten, maar ook met alle andere spelers op de arbeidsmarkt, ontstaat er meer grip op de problemen van de huidige maar ook toekomstige arbeidsmarkt. De gemeente Stadskanaal en de omliggende gemeenten spannen zich al jaren in om de werkgelegenheid te bevorderen en de werkloosheid terug te dringen. Minder beroep op de Wet werk en bijstand (WWB) levert namelijk besparingen op. Maar minstens zo belangrijk is de drijfveer die de gemeenten kenmerkt: het uitgangspunt dat ieder mens er mag zijn en een verantwoordelijkheid heeft in de samenleving. Vandaar de ondertitel: Werk(t) voor iedereen!

 

De WAR-RIS Methode om plaatsing in reguliere (toekomstige) banen te bevorderen, heeft twee belangrijke kenmerken: het zijn een integrale en innovatieve methode. De WAR-RIS Methode is een integrale methode, omdat werkgelegenheid van zoveel mogelijk kanten wordt benaderd: de gemeenten, de werkgevers, de scholen voor het voortgezet (beroeps)onderwijs, arbeidsmarktdeskundigen, UWV en CWI. Alle partijen werken samen aan concrete oplossingen om (toekomstige) werkloosheid terug te dringen. Het is innovatief, omdat samenwerking tussen de instanties, en vooral de samenwerking met onderwijs bij toekomstige vacatures bij werkgevers in de regio, nieuw is. Daarnaast is het vernieuwend, omdat het een toekomstige arbeidsmarktsituatie betrekt in de aanpak.

 

Een groot aantal van de WWB-gerechtigden is goed opleidbaar voor arbeid op vooral LBO- en MBO-niveau. Uit de dossierstudie blijkt ook dat er een grote groep niet werkt, omdat ze niet de passende competenties hebben. Door deze groep mensen zonder werk te voorzien van passende competenties (door opleiding en begeleiding), worden twee knelpunten opgelost: werkloosheid en huidige onvervulbare vacatures.

 

Uit gesprekken met de werkgevers in de regio blijkt, dat er de komende jaren problemen ontstaan bij de invulling van vacatures vanwege de vergrijzing van het arbeidspotentieel. Macro-economische verkenningen van het Centraal Plan Bureau laten dit zien. Ook de Rijksuniversiteit van Groningen doet jaarlijks onderzoek naar de arbeidsmarktproblematiek in Noord-Nederland. Beide onderzoeken bevestigen het beeld dat de werkgevers in de regio ook schetsen.

De situatie kan ontstaan dat bij onvoldoende aanbod van goed geschoold arbeidspotentieel, werkgevers andere bronnen gaan zoeken. Arbeidskrachten uit het buitenland kunnen de arbeidsmarkt van de regio gaan bezetten, wat consequenties heeft voor de werkgelegenheid van de inwoners. Het is dus belangrijk dat de regionale arbeidsmarkt is voorbereid op vergrijzing van het arbeidsmarktpotentieel.

 

Er is momenteel nauwelijks of geen inzicht in de huidige en toekomstige arbeidsmarkt-ontwikkelingen. Hierdoor kunnen de scholen voor het voortgezet onderwijs moeilijk passende voorlichting geven aan leerlingen en ouders over studierichtingen met zicht op werk. Wel zien wij dat er al jaren een sterk verminderde in- en uitstroom van leerlingen is, die gekozen hebben voor een baan in de zorg of een technische vakopleiding. Deze trend zet zich nog steeds door. Het is dus cruciaal dat er zicht komt op arbeidsmarktontwikkelingen om het onderwijs hier op voor te bereiden.

 

Aa en Hunze, Borger-Odoorn, Pekela’s, Reiderland, Stadskanaal, Veendam en Winschoten.

 

 

Werkgevers + Arbeidsmarktbeleid + Reïntegratie + Regionaal Innovatieve Samenwerking.

 

Looptijd 3 oktober 2005 tot en met 3 oktober 2008.

 

De WAR-RIS Methode is een methode met het doel om:

-          het aantal uitkeringsgerechtigden terug te dringen;

-          de lokale/regionale werkgelegenheid te bevorderen/werkloosheid te verminderen;

-          het onderwijs te informeren en actief te betrekken bij arbeidsmarktperspectief;

-          duurzaam de lokale en regionale arbeidsmarktontwikkelingen te monitoren.

 

-          het actief betrekken van de instellingen voor het voortgezet (beroeps)onderwijs en de arbeidsmarktdeskundigen bij arbeidsmarktontwikkeling;

-          focus niet alleen op huidige vacatures, maar vooral ook op toekomstige vacatures die zullen ontstaan vanwege vergrijzing (babyboomers verlaten arbeidsmarkt);

-          voorsorteren op het toekomstige matchingsvraagstuk van competenties;

-          duurzame lokale/regionale arbeidsmarktmonitor.

 

-          in kaart brengen van het toekomstige noodzakelijke arbeidspotentieel en de bijbehorende competenties in de regio. Dit gebeurt door onderzoek bij de huidige arbeidsorganisaties met een jaarlijkse up-date op basis van nieuwe inzichten;

-          onderzoek naar competenties van de huidige en toekomstige mensen die een beroep doen op de WWB. Daarna door het bieden van opleidingen en trainingen bemiddelen naar regulier werk;

-          inschakelen van onderwijsinstellingen door ze op basis van de uitkomsten van een onderzoek voor te bereiden op arbeidsmarktontwikkelingen;

-          oprichting van een projectgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van de gemeenten, de werkgevers, de scholen en arbeidsmarktdeskundigen.